En toen was er weer een jaar voorbij. Een vol jaar met mooie coachgesprekken, met een nieuwe baan, extra taken, nieuwe dingen om te leren, kinderen die zich razendsnel ontwikkelen, familie, vrienden en gewoon met de boodschappen, de tuin, de was. Wat een mooi jaar was het, maar ook een jaar om even bij stil te staan. Een vol jaar zonder mijn vader. Een heel jaartal tussen nu en toen mijn vader nog leefde.
Ik neem mijn vader mee in mijn gedachten. Voel zijn precieze bewegingen in mijn eigen handen, zie zijn liefde voor techniek terug in de kinderen. Zo is hij toch altijd bij me. Maar ook zo heel erg niet.
En het moment dat hij nog bij ons was, komt zo onvoorstelbaar snel ver achter ons te liggen. Een tweede Sinterklaas avond voelde al minder leeg, de pijn met kerst was minder rauw. En daarin schuilt een nieuw verdriet. Blijkbaar kunnen we wennen aan “zonder jou”. En dat vind ik een verdrietige gedachte.
Ik weet en voel dat het zo moet gaan, dat dat goed is. Maar soms mis ik je nog even heel erg, denk dat je weer aan komt lopen en voel ik de pijn als dat niet zo is. En juist die pijn troost me en maakt me even blij. Dat verdriet laat me voelen dat ik je altijd mee zal nemen, dat je niet echt verdwenen bent.